De meeste kunststoffen bevatten organische polymeren. De overgrote meerderheid van deze polymeren wordt gevormd uit ketens van koolstofatomen, met of zonder de bevestiging van zuurstof-, stikstof- of zwavelatomen. Deze ketens omvatten veel herhalende eenheden gevormd uit monomeren. Elke polymeerketen bestaat uit enkele duizenden herhalende eenheden. De ruggengraat is het deel van de ketting dat zich op het hoofdpad bevindt en een groot aantal herhaaleenheden verbindt. Om de eigenschappen van een plastic aan te passen, hangen verschillende moleculaire groepen die zijketens worden genoemd, aan deze ruggengraat; Ze zijn meestal aan de monomeren bevestigd voordat de monomeren zelf zijn verbonden om de polymeerketen te vormen. De structuur van deze zijketens beïnvloedt de eigenschappen van het polymeer.
Plastic wordt meestal geclassificeerd door de chemische structuur van de ruggengraat van het polymeer en zijketens. Belangrijke op deze manier geclassificeerde groepen zijn de acryl, polyesters, siliconen, polyurethanen en gehalogeneerde kunststoffen. Plastic kan worden geclassificeerd door het chemische proces dat in hun synthese wordt gebruikt, zoals condensatie, polyaddition en verknoping. Ze kunnen ook worden geclassificeerd door hun fysieke eigenschappen, waaronder hardheid, dichtheid, treksterkte, thermische weerstand en glasovergangstemperatuur. Plastic kan bovendien worden geclassificeerd door hun weerstand en reacties op verschillende stoffen en processen, zoals blootstelling aan organische oplosmiddelen, oxidatie en ioniserende straling. Andere classificaties van kunststoffen zijn gebaseerd op kwaliteiten die relevant zijn voor productie of productontwerp voor een bepaald doel. Voorbeelden zijn thermoplastics, thermosets, geleidende polymeren, biologisch afbreekbare kunststoffen, engineeringplastics en elastomeren.
Thermoplasten en thermohardende polymeren
Een plastic handgreep van een keukengerei, vervormd door warmte en gedeeltelijk gesmolten
Een belangrijke classificatie van kunststoffen is de mate waarin de chemische processen die worden gebruikt om ze te maken omkeerbaar zijn of niet.
Thermoplastics ondergaan geen chemische verandering in hun samenstelling wanneer deze wordt verwarmd en kan dus herhaaldelijk worden gevormd. Voorbeelden zijn polyethyleen (PE), polypropyleen (PP), polystyreen (PS) en polyvinylchloride (PVC). [15]
Thermosets of thermohardende polymeren, kunnen smelten en slechts één keer vorm krijgen: nadat ze zijn gestold, blijven ze vast en behouden ze hun vorm permanent. [16] Indien opnieuw verwarmd, ontleden thermohardende in plaats van smelten. Voorbeelden van thermosets zijn epoxyhars, polyimide en bakeliet. De vulkanisatie van rubber is een voorbeeld van dit proces. Voordat het in aanwezigheid van zwavel wordt verwarmd, is natuurlijk rubber (polyisopreen) een plakkerig, enigszins vloeibaar materiaal en na vulkanisatie is het product droog en stijf.
-
Copyright © 2025Yuyao Hansheng Electrical Appliances Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden. Links Sitemap RSS XML Privacy Policy
TradeManager
Skype
VKontakte